Verdronken vlinder
"VERDRONKEN VLINDER". Dit prachtige lied is ooit geschreven door Boudewijn de Groot. Hij wil in dit lied zo vrij leven als een vlinder omdat hij waarschijnlijk dacht dat het leven dan net zo mooi zou zijn als de vlinder zelf was èn dat het leven van een vlinder mooier was dan van een mens.. Maar als hij zich ervan bewust wordt dat het einde van een vlinder ook niet zo fraai is (bijvoorbeeld sterven op een plas water) komt hij tot de conclusie dat hij dan net zo goed een mens kan zijn. Om te LEVEN hoeft hij dan geen vlinder te zijn. Het lied heeft me vanaf de allereerste keer dat ik het hoorde geboeid en staat voor altijd in mijn geheugen gegriefd. Was het een teken aan de wand? Was ik die vlinder? Langzamerhand ben ik tot de conclusie gekomen dat dit inderdaad het geval is. De video met het lied treft u hieronder aan. Ik heb voor deze uitvoering gekozen omdat daarop ook de tekst vermeld staat.
Ik wilde een vlinder zijn die tot in de blauwe lucht kon vliegen. Ik wilde rondfladderen overal naar toe en genieten van het leven. Niet gebonden aan een leven van "huisje-boompje-beestje". Niet het leven "ondergaan" dat mijn ouders mij lieten zien. Iedere dag hetzelfde programma. Van het concert des levens waar niemand een programma van heeft ging bij ons niet helemaal op. Iedere maandag hetzelfde programma, dinsdags een kleine variatie hierop maar voor het overgrote deel hetzelfde als 's maandags. En zo kan ik alle dagen van de week wel opnoemen. Dit gold niet alleen voor de werzaamheden (kamer grote beurt, slaapkamers, enzovoorts), nee, die regel werd ook gehandhaafd bij hetgeen er gegeten zou worden. Op maandag rode kool met....Ik ga de samenstelling van de maaltijden hier niet behandelen. Dat komt op een andere pagina uitgebreid ter sprake. Wat ik dus thuis zag was saaiheid troef. Geen wonder dat ik zo veel als mogelijk was de deur uit ging, de vrijheid tegemoet, de wereld ontdekken. Een grote rol bij die vrijheidsdrang heeft ongetwijfeld de factor "angst" gespeeld. Angst om op de meest onverwachte momenten klappen van moeders te krijgen. Angst die langzaamaan mijn leventje binnensloop. Vooral angst voor handen. Vrouwenhanden. Dat werd erger naarmate ik ouder werd. "Handen"werden voor mij het synoniem van "slaan." En knijpen. Knuffels, zoenen? Ik moest er niets meer van hebben. Elke mogelijke knuffel of zoen was voor mij de aanloop voor op zijn minst een draai rond mijn oren. Van knuffels en zoenen moet ik nog steeds niets hebben. Van lichamelijk contact sowieso niet. Eventjes iemand die iets te dicht langs me loopt en het is paniek in de tent. Iemand een hand geven lukt me op dit moment vrij aardig zonder dat dit directe gevolgen heeft. Maar iemand moet niet naar me toe komen lopen met uitgestoken hand om die op mijn schouder te leggen. Ik duik gewoon in elkaar. Want achter die hand zit mijn moeder die mij een klap wil geven en knijpen.......Helaas, het is niet anders.
Deze vlinder is heel veel gaan vliegen. Ik was een vrolijk kind, weet ik van horen zeggen en van mensen die mij nog van vroeger kennen. Ook heel beleefd. School leverde geen problemen op. Gepest ben ik nooit. En ik geloof niet dat ik zelf kinderen gepest heb. Was wel altijd te porren om kattenkwaad uit te halen. Met jongens. Want mijn vriendinnetjes zaten liever thuis. Geen probleem. Ik kon me goed meten met de jongens.
Eigenlijk was ik voor het leven op de vlucht. Toen vooral nog het concrete leven, de fysieke werkelijkheid en daarbij ook de dingen die je hoorde. Daarnaast dat andere leven waarmee ik eigenlijk uit die fysiek wereld wilde vluchten: "Weg van alle pijn" zowel geestelijk als lichamelijk. Niet meer hoeven denken, niet meer hoeven voelen. Wegzweven. Alsmaar hoger, alsmaar verder, de pijn voorbij. Maar de harde realiteit is nu eenmaal dat zoiets onmogelijk is. Zelfs voor een vlinder. Die gaat "gewoon" dood, of krijgt een ongeluk, of verdrinkt. Precies als in de mensenwereld. En daarmee kon ik dus net zo goed gewoon "mens" blijven. Ik kon beter regelmatig in mijn dromen vliegen als het leven weer niet zo lief voor me was. Maar déze vlinder(ik) gooide op zekere dag het roer radicaal om. Ik denk dat ik dertien, veertien jaar ben geweest toen ik minder spraakzaam werd. Niet dat ik daarvoor zo'n bijzondere waterval was, absoluut niet. Meer dan het hoog nodige vertelde ik niet. Maar ja, ik wist ook niet meer goed, wat ik precies wel en niet mocht vertellen. En zwijgen is dan altijd nog goud. Ik was ook bang om verkeerde dingen te zeggen, durfde mijn eigen mening niet te geven en kon over een heleboel dingen niet meepraten want tv, radio en kranten en tijdschriften werden ver bij me vandaan gehouden. Naast angst dus ook een toenemende onzekerheid. En ik werd stiller en stiller. Dat viel mijn directe omgeving ook op want ik heb heel wat keren moeten horen: "Toe, zeg ook eens wat." Het ergste wat me kon overkomen was wanneer er in groepjes gediscussieerd moest worden. Dan was er werkelijk geen stom woord uit me te krijgen. M'n kop zat vol met dingen die ik wilde zeggen, maar ik kon ze niet uit mijn mond krijgen. En zo ging deze vlinder de weg terug vliegen. Van de vlinder veranderde ze in een RUPSJE NOOITGENOEG en trok ze zich weer terug in de cocon waar ze in had gezeten voordat ze die vlinder werd. Dit was mijn manier om voor het leven op de vlucht gaan. Die vlinder komt eigenlijk alleen uit die cocon om even RUPSJE NOOITGENOEG te spelen (lees: om zich vol te vreten en het eten daarna uit te spugen)om zich vervolgens weer zo snel mogelijk in die cocon terug te trekken. Ben ik in die cocon ook ver van alle pijn? Nee. Verre van. Want bij die rups in die cocon zit ook een heel gemeen beest. Die zit ALTIJD in die cocon. En daarmee zit dat gemene beest ook in mij. Eigenlijk kan ik nergens meer heen om dat gemene beest te ontlopen. Ik krijg 'm niet van me afgeschud. Altijd en altijd is hij er. 's Morgens, 's middags, 's avonds en 's nachts. Vierentwintig uur per dag en dat al bijna mijn leven lang. Dat beest wil me dood hebben. Eigenlijk ben ik tevens ook voor de dood op de vlucht. Maar die boezemt mij geen angst in, vreemd genoeg. Het punt waar het om draait is dat dat rotbeest levens neemt, mensen de dood in jaagt. En dat mag niet gebeuren. Daarom ben ik voor dat beest op de vlucht om te proberen mijn eigen leven in elk geval te redden. Dat rotbeest is die wurgslang die eetstoornis wordt genoemd. Een lafaard. Een nietsnut, een levensverpester. Die alleen maar levens kan nemen. BAH.
TER AFSLUITING VAN DEZE PAGINA NOG EEN ANIMATIEFILMPJE VAN 27 SECONDEN. IK HEB HET ZELF IN ELKAAR "GEKNUTSELD" EN DAARNA OP YOUTUBE GEZET. DIT FILMPJE GEEFT EXACT WEER WAT ER VOORTDUREND MET MIJ GEBEURT. EEN RUPSJE NOOITGENOEG DIE EENS EEN GEWONE RUPS WAS EN EEN VLINDER WERD. DOOR OMSTANDIGHEDEN WILDE DIE VLINDER TERUG IN DIE COCON. DAT LUKTE TOT OP ZEKERE HOOGTE. ZE KWAM ER EIGENLIJK ALLEEN UIT OM VOOR RUPSJE NOOITGENOEG TE SPELEN. EEN VLINDER WILDE ZE NIET LANGER ZIJN. WANNEER ZE ZOU WILLEN VLIEGEN NET ALS DIE VLINDER DAN ZOU ZE TOCH OOIT WEER EEN VLINDER MOETEN WORDEN. DAARVOOR ZOU ZE UIT DIE COCON MOETEN KRUIPEN. VOOR ALTIJD. DIE COCON VAN ZICH AFWERPEN. ZO VER MOGELIJK. EN PAS DAN KAN ZE DE VRIJHEID TEGEMOET VLIEGEN. PAS DAN KAN ZE L E V E N!!!!!!! VLIEGEN ALS EEN VLINDER TOT HOOG BOVEN DE BLAUWE LUCHT. DEZE KEER NIET OM OP DE VLÙCHT TE ZIJN VOOR HET LEVEN, MAAR OM HET LEVEN JUIST TEGEMOET TE VLIEGEN OMDAT ZE DIE COCON EN DAARMEE DIE ROTWURGSLANG VAN ZICH AFGEWORPEN HEEFT EN DAARMEE OOK ACHTER ZICH GELATEN HEEFT. IK SPREEK DE WENS UIT DAT IK OOIT OP DEZE WEBSITES KAN MEEDELEN DAT HET GELUKT IS!!!!!!!
Maak jouw eigen website met JouwWeb